
Trails au Fils du Bocq is voor Nederlanders een betrekkelijk onbekend loopfestijn. Het staat wel in de trailkalenders maar je hoort er vrij weinig over. Dat was precies waar ik naar op zoek was. Er zijn genoeg trailevenementen in de Ardennen die kleinschalig en bovendien zeer betaalbaar zijn. Ik schreef me in voor de 36km/1350hm. Elke afstand heeft hier een eigen naam, deze: Trail des Sauvages (Trail der Wilden).
We besloten er een weekendje weg van te maken met het gezin. De oudere meiden hadden het te druk met hun studie, de jongste ging wel mee, met een vriendinnetje. We huurden een deel van een woonhuis via AirBnB in Mallone met grote tuin met boomhut. Het duurde even om er te komen vanwege een flink aantal files.

De volgende ochtend pakte ik mijn spullen in en en reed naar Evrehailles, 25 minuten rijden. Iets langer, want er was een brug over de Maas afgesloten. In Evrehailles werd ik een tot parkeerplaats omgedoopt weiland ingedirigeerd. Ik was opgelucht mensen in loopoutfit en/of racevesten en/of buffs en/of stokken aan te treffen. Altijd bang om per ongeluk de datum, tijd of plaats verkeerd te hebben gelezen.
Ik haalde mijn startnummer en ging terug naar de auto. Ik had nog 3 kwartier voor de start. Startnummer opspelden, constateren dat ik mijn fototoestel vergeten was. 15 minuten van tevoren liep ik richting de start. Daar hingen grote parcourskaarten die ik nog even bestudeerde. Geen bekenden te zien.
In het startvak kwam er een Franstalige spraakwaterval uit de luidspreker. Uiteindelijk werd er nog een minuut stilte in acht genomen voor iemand die blijkbaar niet meer onder ons was. Er stonden oook mensen met een portret op hun shirt. Even later werd er afgeteld en kon er gelopen worden. Ik startte vrijwel achteraan. Ervaring leerde mij dat ik hiermee de gejaagdheid van medelopers tijdens de eerste afdalingen ontloop.

Het dorp zwaaide ons uit, we liepen het bos in. Daarna over glooiende weilanden die me deden denken aan de Koning van Spanjetrail. Even later daalden we af in een diepe steengroeve om er vervolgens met de tong op de schoenen weer uit te klimmen, 143 meter omhoog in 1,8 km. Het water in mijn rugzak klotste irritant. Ik was vergeten de lucht eruit te halen. Een lichte afdaling volgde, daarna steil omhoog en weer steil omlaag met behulp van touwen. Toen een stuk lopen door een bos en uiteindelijk, ravito 1 op 15 km.
Hier liet ik de lucht uit de waterzak ontsnappen en kon geruisloos verder lopen. Uit de verslagen heb ik dit parcours leren kennen als de trail met de Hectomètre Vertical plus nog een aantal beklimmingen die daar niet voor onderdoen.

Dus ik was niet verrast na 18 km weer aan een stevige klim te moeten beginnen. 132 hoogtemeters binnen 400 meter, hellingspercentage 31%! Niet omhoog kijken. Uiteindelijk was ik boven en twee km verder bereikte ik ravito 2. Hier snel wat chocolade en banaan. Dat is goed geregeld hier. Weer 2 km later stonden wegwijzende vrijwilligers op het pad. Een bordje gaf hier aan dat het parcours van de 17 km afstand hier rechtdoor ging. Wij moesten hier echter linksaf, omhoog. Echt een pad was het niet. Hier was ie dan, de Hectomètre Vertical. Deze hakte er behoorlijk in. Volgens Strava een hellingspercentage van 69%. Hierna liep het parcours over heuvels van fijn leisteengrind. Dit deed me sterk denken aan de EtnaTrail. Omhoog lopen en bij elke stap weer een stukje omlaag wegzakken in het grind. Vermoeiend. Op 1 zo’n berg stond ook een mountainbiker naast zijn fiets. Om de paar seconden kneep hij twee keer in een toeter. Die man stond op minstens 10 plekken op het parcours de deelnemers te betoeteren, waarschijnlijk specifieker om 1 of enkele deelnemers die blijkbaar ergens achter mij liepen te supporten. Om ons daarna iets te ontzien liepen we vervolgens een heel stuk vrij vlak langs rivier le Bocq. Na verloop van tijd troffen we ook hier vrijwilligers van de organisatie aan. Ik wist niet dat dit ook gratis inbegrepen was, maar er moest een rivier doorwaad worden.

Ze hadden touwen van oever naar oever gespannen om te vermoeide lichamen niet te doen laten meevoeren door de stroming. Koud uit het water moesten er weer ruim 100 hoogtemeters overwonnen worden. Hoewel het tegendeel waar was, begon het bijna grappig te worden. Via zo’n 50 haarspeldbochtjes liepen we weer naar beneden. Vanaf dit punt werd ik steeds vaker ingehaald en bedacht dat het niet erg was om de rest van het parcours al wandelend af te leggen en daarmee op een slechte positie in het klassement terecht te komen. Na een paar kilometer was daar ravito 3 waar ik vroeg hoe ver het nog was. 4 km nog. Ongeveer 40 minuten wandelen dus. In het bos zat een man met een bel. Hij zei hophophophophop en ‘un kilomètre et cinq cent mètre’. Vanaf hier geen extreem steil klim- en daalwerk meer. Tijdens lichte dalingen kon ik mij in stramme looppas voortbewegen. Ik meende in de verte finishgeluiden te horen. Ik moest nog een weiland door en een paar straatje in Evrehailles en daar was de finish.
De streepjescode op mijn startnummer werd gescand voor de uitslagen. Ik had er 5 uur en 9 minuten over gedaan. Van tevoren had ik ik de deelnemerslijst gekeken of er nog bekenden meededen. Mij viel op dat de meeste deelnemers daar uit de buurt kwamen.

Ik zag ook dat er nog 1 deelnemer uit Haarlem was, Edwin de Groot. Ken ik niet, maar gek genoeg staat hij 14 seconde voor mij in de uitslag. Ik was 235e van de 462 deelnemers. Ook opvallend: 22,5% heeft de finish niet weten te halen. De snelste deelnemer was binnen in 3 uur en 11 minuten en de langzaamste in 7 uur en 16 minuten.
Na afloop kreeg ik kramp in mijn linkerenkel. Nog nooit eerder gehad. En 3 dagen spierpijn. Maar ik kan terugblikken op een mooi avontuur. Dit is een veel-voor-weinig-Trail (17 euro). Een fantastisch georganiseerd evenement op slechts 3 uur rijden vanaf Haarlem (zonder files dan).