Juli vorig jaar had ik met met moeite kaarten kunnen bemachtigen voor een concert van Depeche Mode in Nederland. Ik ging er heen met een andere fan, een ex-collega. Een paar dagen geleden was het zover. Van tevoren had ik setlists bekeken van eerdere concerten van deze tour, wat wel iets van de magie weghaalde, omdat we nu bijna exact wisten welke nummers zouden komen, inclusief de nummers van de toegift.
We hadden zitplaatsen, op de achterste, bovenste rij, in een hoek. Met enige hoogtevrees liep ik naar onze stoelen. Met mijn oordoppen in de aanslag luisterde ik naar het voorprogramma, Nadine Shah. Nooit van gehoord, maar het klonk best aardig. En omdat we zo ver weg van het podium zaten waren de oordoppen vooralsnog niet nodig. Ik ging nog even naar de wc zodat ik niet met hoge nood tijdens het hoofdprogramma andere mensen moest storen en laten opstaan.
De show begon met een mysterieus intro met het opkomen van de artiesten. De tour stond in het teken van hun nieuwe (bijna jaar oude) album Memento Mori. Ik had dat album nog niet intensief beluisterd, maar het nummer Ghost Again was wel gelijk één van mijn nieuwe favorieten van deze band. Dave Gahan, de leadzanger neemt de zang van de meeste nummers voor zijn rekening. Ondersteund door Martin Gore, waarmee ze samen het unieke stemgeluid van Depeche Mode produceren. Martin Gore is (samen met de in 2022 overleden Andy Fletcher) de schrijver van de meeste nummers en bespeelt de keyboards en gitaar. Van sommige nummers is hij tevens leadzanger. Op het podium doet hij alleen zang en gitaar. Achter de keyboards staat iemand anders. Hoewel de single Strangelove op het album wordt ingezongen door Dave, neemt Martin tijdens dit concert de zang voor zijn rekening tijdens een bijna ‘unplugged’ versie van dit nummer. Enkel begeleid door een keyboardpiano weet hij hier een pachtige versie neer te zetten, waaruit blijkt dat dit nummer zonder dance beats, toeter en bellen nog staat als een huis.
Het klappen van het publiek deed voor mij wat af aan de magie, maar was ook in zekere zin wel stemmingverhogend. Het nummer Behind The Wheel, op het album erg steriel, kwam live erg goed uit de verf. Zo’n beetje tegen het einde van het concert kwamen de echte grootheden uit hun oeuvre. Enjoy The Silence bijvoorbeeld, werd uitgevoerd in een lang versie met een fancy break met Martin jammend op zijn gitaar als een soort Nile Rogers. Het nummer wordt afgesloten met de woorden ‘enjoy the silence’. Waarbij het blijkbaar niet gaat om stilte maar om geen woorden. Even later zien en horen we Just Can’t Get Enough. Te vaak gehoord dit nummer. Ik vind er niet veel aan. Maar toch weten ze er iets leuks van te maken door de oorspronkelijk oooooooo-klanken aan het eind van het nummer los te maken en dit door het publiek te laten zingen, wat een mooie live interactie gaf. Daarna Never Let Me Down Again, met mooie drumsolo. De drummer viel niet heel veel op tijdens het concert omdat hij zo goed zijn werk deed. Hij zorgde dat de op de albums gebruikte elektronische drums hier in de Ziggo Dome net zo strak klonken.
Ten slotte Personal Jesus. Het begon met een vette zwaar overstuurde gitaarriff. Daarna zang er overheen. Pas na ruim een muziek ging het los met beats en synths. Na een diepe buiging verlieten ze het podium, mij zwaar onder de indruk achterlatend, wat deze artiesten, inmiddels jonge zestigers nog kunnen neerzetten en ook nog niet creatief afgetakeld zijn door bijvoorbeeld nog zo’n mooi nummer als Ghost Again te maken.
Hier een integrale concertopname, zoals ik die vandaag vond:
Geef een reactie